Pensioenfonds voor arbeiders in de brandstoffendistributiesector bestaat 20 jaar!

De IBP (instelling voor bedrijfspensioenvoorziening) voor de Handel in Brandstoffen, het zogenaamde ‘Sectoraal Pensioenfonds’ werd in 2003 opgericht. De sector was één van de eerste om de wet die deze ‘2de pensioenpijler’ mogelijk maakte, te omarmen en heeft sindsdien hard gewerkt om ervoor te zorgen dat de arbeiders in het Paritair Comité voor de Handel in Brandstoffen (PC 127) kunnen genieten van de voordelen van een aanvullend pensioen. Johan Mattart, algemeen directeur van de Belgische Federatie der brandstoffenhandelaars en voorzitter van het Pensioenfonds, legt uit hoe de sociale partners, via de oprichting van het sectoraal pensioenfonds, investeren in het welzijn van de arbeiders in de sector wanneer zij met pensioen gaan.

"De wet op de aanvullende pensioenen verscheen 20 jaar geleden, en we hebben hiervan onmiddellijk gebruik gemaakt", zegt Mattart. "De sociale partners in de sector van de brandstoffenhandel en -distributie waren één van de eersten om het belang van een aanvullend pensioen voor de werknemers te erkennen. De arbeiders in onze sector ontvangen bovenop hun loon nog eens 3%, dat gestort wordt in het pensioenplan. Het is een manier om hen te belonen voor hun inzet en ervoor te zorgen dat ze een appeltje voor de dorst hebben wanneer ze met pensioen gaan."

De bijdrage van 3% die de werkgevers in de sector storten voor het aanvullend pensioen van hun werknemers komt overeen met de doelstellingen van het laatste regeerakkoord. De federale regering wil werkgevers stimuleren om 3% van het loon van hun werknemers te investeren in een aanvullend pensioenplan. De sector van de brandstoffenhandel en -distributie doet dit intussen 20 jaar, en het is één van de vele sociale voordelen waarop de arbeiders in de sector aanspraak kunnen maken.

"Als voorzitter van het Pensioenfonds kan ik met trots zeggen dat we erin geslaagd zijn om een veilig en betrouwbaar pensioenplan te creëren voor de arbeiders in de sector", zegt Mattart. "Het is niet alleen een manier om hen te belonen voor hun harde werk, maar het geeft hen ook een zekere financiële gemoedsrust voor de toekomst."

Het Pensioenfonds beheert ondertussen het aanvullend pensioen van ongeveer 5.500 actieve en voormalige arbeiders in de sector. Het Pensioenfonds is daarmee relatief klein in het Belgisch landschap, maar het is daarom volgens Mattart van cruciaal belang om de wetgeving op de aanvullende pensioenen en pensioenfondsen zo efficiënt mogelijk toe te passen om de kosten zo laag mogelijk te houden.

 

Een testimonial ...

Peter, die zijn hele carrière werkte als chauffeur in Vlaams-Brabant, heeft onlangs zijn pensioen bereikt en heeft zijn aanvullend pensioen ontvangen. Hij is zeer tevreden over de manier waarop het Pensioenfonds de uitbetaling heeft afgehandeld.

"Ik moet zeggen dat ik onder de indruk ben van hoe vlot de uitbetaling van mijn aanvullend pensioen verliep", zegt Peter. "Twee maanden voordat ik met pensioen ging, kreeg ik een brief waarin stond dat ik mijn rekeningnummer kon invullen waarop het aanvullend pensioen moest worden gestort. Ik kon dit gemakkelijk online invullen en was dus verlost van alle papierwerk. Dit was erg handig en bespaarde me een hoop tijd en gedoe."

Peter was ook aangenaam verrast toen hij zijn bankafschrift ontving. "Eind januari kreeg ik mijn bankafschrift en het bleek dat er netto € 17.853 werd betaald. Ik had verwacht dat het bedrag lager zou zijn, maar ik was aangenaam verrast dat ik minder belastingen moest betalen omdat ik 45 jaar had gewerkt. Ik moest dit niet bewijzen en daar werd automatisch rekening mee gehouden."

 

Bijna €100.000 voor een jonge chauffeur

Bert vertelt over zijn ervaring als mazoutchauffeur en zijn onverwachte ontdekking van een aanvullend pensioen. "Ik ben op mijn 22e begonnen met het leveren van mazout en ik vind vooral het autonome werken en de contacten met klanten heel leuk", legt hij uit. Enkele maanden nadat hij begon, ontving hij een brief van het Pensioenfonds met de mededeling dat hij recht had op een aanvullend pensioen. Het was pas in september, toen hij zijn eerste pensioenoverzicht ontving, dat hij besefte hoeveel geld hij zou ontvangen als hij tot zijn 67ste zou blijven werken in de sector - tussen de €90.000 en €92.000.

"Maar ik snapte het verschil niet goed", vervolgde Bert. "Daarom nam ik contact op met de helpdesk en zij legden uit dat de raming ervan uitging dat ik tot mijn pensioen in de sector zou blijven werken. Het is vergelijkbaar met een spaarboekje, hoe meer rendement, hoe meer je zal opbouwen."

Bert voelt zich gesterkt door deze ontdekking en blijft gemotiveerd om te blijven werken in de sector. "Het is goed om te weten dat er iets opzij wordt gezet voor mijn toekomst en ik vind het leuk om in deze branche te werken", zei hij. "Het geeft me een gevoel van zekerheid en stabiliteit voor de lange termijn."